In mijn vorige blog heb je kunnen lezen hoe het is om met een kleine baby van zes maanden op wintersport te gaan in het Portes du Soleil gebied, waar we de kindvriendelijke skiparadijzen Les Gets en Morzine hebben bezocht. We arriveerden in Les Gets, waar we hebben geschaatst, gewandeld en vooral genoten. Daarna zijn we naar Morzine geweest om te zwemmen en te wandelen. Een heerlijke tijd! In deze tweede blog neem ik je weer mee in mijn verhaal vanaf het moment dat we vertrekken uit Les Gets in de richting van Châtel, dat ongeveer een uurtje verderop ligt.
Deze blog is geschreven door gastblogger Richard Otten. Hij is met zijn gezin voor Bonjour Frankrijk naar het Portes de Soleil gebied afgereisd op uitnodiging van het lokale verkeersbureau. Les Gets, Morzine en het iets verder gelegen Châtel zijn alle drie als ‘familie plus’ gelabeld. Dit betekent dat er in elke plaats veel wordt gedaan om het families met kinderen naar hun zin te maken. Een ideale bestemming dus voor gezinnen met kleine kinderen!
Châtel is nog niet overspoeld door het wintersporttoerisme. Het kent nog een oud-Savoyaards dorpskern en de omringende gebieden kenmerken zich door een lange landbouw traditie. Zo maken ze er nog in de regio de bekende Abondance kaas. Inmiddels heeft wintersporttoerisme er uiteraard wel meer aandacht gekregen, maar is het niet súpertoeristisch. Châtel geldt bovendien als het perfecte startpunt voor een lange toch in het Portes du Soleil gebied.
Ondanks het groeiende toerisme heeft het dorpje z’n eigen karakter gehouden. Wij verblijven niet ver van het centrum in het Triolets Hotel. Een pittoresk familiehotel met een een van de mooiste uitzichten by far die ik ooit heb gehad in de Franse Alpen. We hebben een kamer op de derde verdieping en elke ochtend en avond staar ik naar de zonsopkomst en zonsondergang. Genieten! Leuk detail is de aparte kinderkamer, waar het bedje voor onze kleine meid al is opgedekt. Enig nadeel van het hotel is dat er geen lift aanwezig is. We moeten dus alle spullen ouderwets via de trap omhoog sjouwen (inclusief kinderwagen!).
De route van Les Gets naar Châtel was al een mooie opmaat voor de nog resterende vier dagen. Het begon onderweg licht te sneeuwen terwijl onze route voer via de D902 en Morzine de bergen in de richting van de Col de Corbier. Normaal gesproken een weg die met dikke laag sneeuw is bedekt en slecht bereikbaar zonder sneeuwkettingen, maar dit keer viel het nog mee. Het resulteerde in een heerlijke rit met vele haarspeldbochten naar boven en beneden. Wat een mooie vergezichten! Onze kleine meid heeft overigens heerlijk liggen slapen en niets meegekregen van dit alles…
Bij aankomst in het hotel worden we begroet door de eigenaresse en haar zoon, tevens chef-kok. Wederom worden we heerlijk verwend. Ons verblijf is op basis van half-pension waardoor we elke avond aanschuiven voor een meer dan voortreffelijk driegangendiner, met een ruime keuze aan heerlijke lokale kazen en een fles wijn van het huis. Het is maar goed dat we overdag actief bezig zijn, anders zouden we hier kilo’s aankomen…
Ik moet eerlijk bekennen dat de hoge mate van service in het restaurant me eerst wat overvalt. Alles wordt tot in de puntjes verzorgd en klaargezet. Chef-kok Jean-Marie maakt er elke ochtend en avond een waar spektakel van en dit wordt met de nodige zorg op tafel gezet. Toch wen ik er snel aan: elke ochtend een goed ontbijt en elke avond was het opnieuw feest. Van een heerlijke kaasfondue tot en met een geweldige confit de canard: elke dag iets nieuws en alles even lekker. Pas mal!
Aan het eind van de drie gangen stelt Jean-Marie mij voor om ‘iets lekkers’ bij de koffie te nemen. “Hou je van een lokaal likeurtje?” Vraagt hij me. In alle eerlijkheid en uit beleefdheid antwoord ik met een “Oui, bien sûr!”. Hij komt terug met een klein glazen flesje in de vorm van een vrouwenlaars. De inhoud heet Genepi. Een kruidenlikeur uit de Alpen van kruiden die alleen groeien in het hooggebergte. Met 45% alcohol slaat het in als een bom. Het is wel lekker, maar ik adviseer er niet te veel van te drinken!
Tijdens ons verblijf in Châtel begint het nu gelukkig goed te sneeuwen. De eerste dag nog niet volop, maar de tweede dag is het bingo! Een dikke twintig centimeter aan verse poeder bedekt de daken en wegen. Zo kunnen we alsnog alle mooie witte plaatjes schieten die je wilt schieten op winterreis, en natuurlijk lekker met de kleine in de sneeuw wandelen.
Aangezien we niet ver van het centrum verblijven, lopen we bijna dagelijks wel even naar de winkels. Châtel heeft een lieflijk aangezicht, zeker nu de sneeuw is gevallen. Bovendien valt het mij ook hier weer op – net als in Morzine en Les Gets eerder al – dat het een echte familiebestemming is: overal ouders met kinderen. Het centrum kent enkele leuke winkeltjes die meer dan de moeite waard zijn. Waar je met je kinderen zeker naartoe moet is Couleur Bois, een winkel met allemaal kinderspeelgoed van hout. Ik moet mezelf heel erg inhouden om de winkel niet meteen leeg te kopen.
Ook kun je vanuit het centrum nog doorlopen naar de schaatsbaan en het meertje Vonnes, dat iets verderop ligt. Het is een mooie wandeling die goed te doen is met de kinderwagen. Vanuit hier heb je ook weer een geweldig uitzicht over alle bergtoppen om je heen. Ook leuk om te vermelden: naast het meertje is vorig jaar de verbindingslift ‘Portes du soleil’ aangelegd waardoor het gebied van Super-Châtel aangesloten is met de rest van het Portes du Soleil-gebied. Er is zelfs een viaduct gemaakt waar de skiërs over de weg heen gaan.
Hoewel we in eerste instantie nog hadden gezegd dat skiën geen must was deze week, begint het met het idee van verse sneeuw het toch wel te kriebelen. We willen de kleine echter nog niet wegbrengen naar een opvang (hoewel dit overigens goed kan in Châtel ). Wat nu? We besluiten de laatste twee dagen om en om te skiën. Lisette in de ochtend, ik in de middag en de dag erna andersom. Mooie oplossing! De sneeuw verleidde ons iets te hard en we kunnen natuurlijk ook niet thuis komen van een wintersportvakantie, zonder op de pistes te hebben gestaan…
Zo gezegd, zo gedaan. Ik rij vanaf Châtel naar het iets verder gelegen Pré-les-Joux, vanwaar je toegang hebt tot een prachtig ski-gebied genaamd Plaine Dranse. Het moment dat ik weer voor het eerst sinds twee jaar in de lift omhoog zit is magisch! Vanaf Plaine Dranse gaan er liften verder omhoog, waardoor je telkens een andere afdaling kan maken. Vooral de tweede dag is heerlijk. De sneeuw is vooral ’s nachts gevallen en overdag schijnt de zon tegen een strakblauwe lucht. Eerst neem ik de stoeltjeslift ‘Rochassons’. Bovenop de top heb je drie opties: je kan terug naar het dal van Plaine Dranse. Je kan ook – als echte waaghals – via de Fantasticable een kabelbaanvlucht nemen naar de overkant. Je kan zelfs vanaf hier weer terug skiën via Avoriaz naar Morzine. Ik dwaal in mijn gedachtes even af…
In de tijd dat ik student was en in Champoussin werkte als seizoenskracht hebben we met een groep meermaals de ‘grote lus’ gemaakt. Dit betekent dat je vanuit Zwitserland, waar ik toen werkte, via Frankrijk weer terug kwam naar Zwitserland. De route was als volgt: Champoussin – Morgins – Châtel – Plain Dranse – Avoriaz – Les Crosets en weer terug in Champoussin. Ik moest flink door skiën als ik op tijd weer bij het hotel wilde zijn voor de start van mijn shift in de bar. Maar wat een top tijd was dat!
Helaas heb ik daar deze middag geen tijd voor. Ik daal dus weer af naar waar ik vandaan kom. Het skiën geeft je altijd weer een gevoel van vrijheid. Heerlijk om zo even je hoofd leeg te maken. Bovendien is het fijn dat de pistes ruim opgezet zijn en je dus makkelijk naar beneden komt. Het is druk, maar niet te druk. Hoe mooi zou het zijn als onze kleine meid over aantal jaar samen met papa op de ski’s staat? Ik zie het al helemaal voor me.
Moe maar voldaan lever ik aan het eind van de middag mijn ski’s weer in. Het was een mooie dag. Erg koud, maar met goede sneeuw en fijne pistes. Bovendien hebben we nu ervaren hoe het is om met een kleine baby op vakantie te zijn. Hoewel veel mensen ons nog steeds voor gek verklaren (zo lang onderweg! Ze kan toch nog niet skiën? Wat als ze ziek wordt?), vind ik dat het echt prima te doen is om met een baby van zes maanden op wintersport te gaan. Belangrijk is wel dat je er zelf relaxed in bent. Pas je aan aan het ritme van je baby. Verwacht niet dat je elke dag op de piste staat, maar geniet gewoon van de sfeer en de rust die de Alpen uitstralen. Kies bovendien een gebied dat kindvriendelijk is. Niets is zo vervelend om in een gebied te komen waar je tussen de feestende jongeren zit. Let dus op het ‘family plus’ label dat uitgegeven is door de Franse overheid voor enkele skigebieden.
Wat mij betreft voldoen Les Gets, Morzine en Châtel aan de wens om een mooie wintersportvakantie met je kleine te hebben. Bovendien is er voor ieder wat wils. Les Gets is de kleinste plaats van de drie. Alles op loopafstand en pistes direct tot in het dorp. Morzine is een stuk groter, maar ademt alles uit van een echt gezellig skidorp. Bovendien heb je directe toegang tot Avoriaz dat hooggelegen ligt en zeker een bezoek waard is. Morzine heeft ook meer faciliteiten (grote supermarkt, zwembad, etc.) waardoor je net iets meer kan doen. Combineren kan natuurlijk ook: Les Gets en Morzine liggen op z’n 10 minuten rijden van elkaar. Châtel ligt een stukje verder (een uur rijden van Morzine en vanaf Nederland beter te bereiken via Duitsland – Zwitserland) en is net als Morzine een stukje groter. Châtel ligt weer goed centraal in het Portes du Soleil gebied waardoor je vanaf hier goed een grote tocht kan maken.
Met een uitgerust en voldaan gevoel stappen we de laatste dag weer in de auto. We rijden weer in twee etappes, deze keer over Duitsland met een overnachting in Koblenz. Wederom doet de kleine het voortreffelijk. Wat een topvakantie. We komen hier zeker terug als de kleine groot genoeg is om zelf op de ski’s te staan.