Corsica: het eiland van ruige bergen en prachtige witte strandjes. Het eiland dat haast on-Frans aanvoelt. Het eiland dat mijn hart gestolen heeft en waarnaar ik zeker nog ga terugkeren. Maar eerst is het hoog tijd om mijn favoriete ontdekkingen op Corsica met je te delen, zodat jouw reis naar dit Franse eiland hopelijk net zo mooi wordt!
Boottocht naar het bountystrand Plage du Lotu
Een strand waar je niet met de auto kunt komen, maar enkel per boot? Yes, please! Dat gegeven klinkt mij heerlijk in de oren. En dus stap ik in het stadje Saint Florent op de boot naar Plage du Lotu. In twintig ruige minuten, waarin de zee zijn uiterste best doet er een avontuurlijke boottocht van te maken, kom ik aan op het Plage du Lotu. Precies zoals ik hoopte: een hagelwit strand met turquoise blauw water. En dat in alle rust van de natuur. Misschien wel het fijnste strand waarop ik me ooit bevond…
Klauteren over rotsen en riviertjes in het Forêt d’Aitone
Wie denkt dat Corsica alleen mooi is om haar strandjes, zit goed mis. Daar kom ik zelf maar weer achter wanneer ik vanuit Piana naar het Forêt d’Aitone rijd. Mijn auto parkeer aan de kant van de weg en in een klein kwartier loop ik naar een magisch stukje bos. Waar talloze open riviertjes liggen, grote rotsen en watervalletjes kletterend hun water laten ontsnappen. Een half uur lang klim ik van de ene rots op de andere, om tot slot mijn voeten in het ijskoude water te stoppen en te genieten van de heerlijke geur van bomen om me heen…
Wilde varkens en geiten in de Gorges de Spelunca
De weg van Piana door de Gorges de Spelunca is al snel fantastisch te noemen. De kloven die opdoemen zijn reusachtig, imposant. Maar niet alleen het landschap steelt hier de show. Nee, het zijn de talloze geiten en varkens op de weg die mijn hart hier vullen en me steeds weer aan het lachen maken. Een zeker moment ontstaat er zelfs een kleine file omdat een kudde varkens besluit op het midden van de weg te liggen. Bang? Helemaal niet. Als ik uitstap lijken ze me alleen maar amusant te vinden, kijken me verwonderd aan en slapen gewoon weer verder.
Wandelen langs de kliffen van Bonifacio
Corsica is niet perse het eiland dat uitblinkt in steden. Er zijn er een paar, Bonifacio, Porto-Vecchio, Corte en zo nog een aantal… Maar erg groot zijn ze stuk voor stuk niet. Ze zijn geen Nice of Marseille, bij wijze van. Dat hoeft ook niet, want charme zit hem niet in de grootte van een stad. Hoewel ik snel het hele stadje gezien heb, is Bonifacio niet alleen leuk door de smalle straatjes en kleine winkeltjes, maar vooral door haar ligging: grenzend aan indrukwekkende kliffen. Langs deze kliffen loopt een goed begaanbaar wandelpad dat ik lange tijd volg. Tijdens de wandeling word ik getrakteerd op prachtige uitzichten op zee, op Bonifacio en op de kliffen zelf!
Wandelen door de bergen van Bavella
Wie me al even volgt, weet dat ik dól ben op bergen! Niet vaak genoeg kan ik naar de Alpen of Pyreneeën afreizen. Hoe ruiger, hoe beter. De bergen hebben iets magisch, iets ongrijpbaars… Ik ben dan ook verheugd als ik de bergen van het Bavellamassief op Corsica in mijn vizier krijg. Grauwe, grijze bergen. Puntig. Zoals alleen bergen dat mooi kunnen zijn. Op de parking zet ik mijn auto weg, om vanaf hier een rustige, korte wandeling te maken door het bergmassief. Onderweg passeer ik nog wat slapende koeien, die niet meer opkijken van een paar wandelaars hier. Genieten…
De zwarte stranden van Cap Corse
Het mooiste aan Corsica vind ik misschien wel de diversiteit aan landschappen. Zuid en noord zijn compleet verschillend, om nog maar te zwijgen over het binnenland. Dat maakt dat ik wederom verrast word als ik in het uiterste noorden het schiereiland Cap Corse op rijd. Geen enorme bergen meer, wel lieflijkere heuvels én een machtig mooie kustlijn. Een van de mooiste kustlijnen die ik ooit zag zelfs… Aan de westkant van Cap Corse sieren zwarte stranden mijn beeld. Vanaf de autoweg heb ik eindeloos zeezicht en bij het dorpje Nonza besluit ik even uit te rusten op een van de stranden. Zwemmen zit er niet in; de zee is ruiger dan ooit. Golven zijn immens en op de bordjes lees ik dat dit hier vaker het geval is. Geeft niet, alleen al liggen op dit bijzondere strand is ontzettend fijn!
Rijden langs lieflijke dorpen: Sainte Lucie de Tallano, Levie
Wanneer ik vanaf de zuidelijk kust van Corsica naar het binnenland trek, kom ik allereerst door een paar lieflijke dorpen die mijn hart stelen: Levie en Sainte Lucie de Tallano. In beide dorpen lijkt de tijd een beetje te hebben stilgestaan. Oude huisjes, opaatjes op bankjes, mensen die jeu de boules spelen. Kortom: het oeroude Franse leven… En dat alles met een prachtig decor van bergen eromheen. Machtig mooie plekjes die een bezoekje waard zijn!
Dwalen bij het meer Lac de l’Ospedale
Vanuit het havenstadje Porto-Vecchio rijd ik een weggetje omhoog. Al snel stijgt deze weg en wordt het zicht op de kust fantastisch mooi. Maar dat ik me een paar minuten later in een compleet ander landschap zou begeven, had ik niet zien aankomen. Toch gebeurt het: het meer Lac de l’Ospedale lijkt uit het niets op te doemen. Een gigantisch meer in een ietwat duister aandoende omgeving. Het woord ‘mystiek’ heeft op deze plek zijn oorsprong gevonden, geloof ik…
Verscholen strandje: Plage de Stagnolu
Op Corsica maak ik er gewoonte van soms even van de gebaande paden af te gaan. Als mijn navigatiesysteem laat zien dat er ergens een strandje is, wil ik weten hoe dat eruit ziet. En de Corsicanen zijn nu eenmaal niet zo ver dat er naar elk strand een goede autoweg is gelegd, integendeel… Zo beland ik vanuit nieuwsgierigheid op Plage de Stagnolu, waar ik helemaal in mijn eentje rondloop. Een privébaai dus, en ook nog eens prachtig van kleur! Vooral het schitterende helderblauwe water maakt dat ik hier eigenlijk niet meer weg wil…
Terug in de tijd in de dorpen van de Balagne
Daar waar ambacht nog de normaalste zaak van de wereld is, dat is de Balagne. Een verzameling van dorpen in het noorden van Corsica, die mooi zijn vanwege hun eenvoud. Dorpen waar winkel en werkplaats nog één zijn. Zelf logeer ik een paar dagen in het dorpje Speloncato, op 600 meter hoogte en met zicht op de kuststrook bij Calvi. Een lieflijk dorpje, dat er prachtig bijligt. Het wordt ook wel het adelaarsnest van deze regio genoemd. In Speloncato logeer ik in het romantische oude hotel A Spelunca, dat meteen ook de eye-cathcer is van het dorp. Tip: rijd vanuit Speloncato de hoogte in naar de Col de Bataille. Vanaf deze col heb ik wederom prachtige uitzichten. Op de col is een gezellig restaurant gevestigd. En rijd vooral nog even verder, de bergen in. Het zal je verrassen hoe rustig en mooi het hier ineens is…
De gevaarlijkste weg van Corsica: naar het Lac de Calacuccia
De Corsicanen zouden de Corsicanen niet zijn als ze enge weggetjes zouden aangeven als ‘eng’. Dat doen ze niet. Ze houden wel van wat avontuur, volgens mij. Zo beland ik plots op een behoorlijk smalle én kronkelige weg langs een gigantisch ravijn: de weg naar het Lac de Calacuccia vanuit Corte. Na iedere bocht moet ik het gaspedaal even inhouden om te zien of er toch geen tegenligger aankomt. Helaas is dat bij veel bochten wel het geval. Of nou ja, helaas… Het heeft ook weer wel wat. Het houdt me scherp en ik neem de indrukwekkende omgeving nauwkeurig in me op. Eenmaal aangekomen bij het Lac de Calacuccia blijkt het het allemaal waard. Wederom zo’n rustig, indrukwekkend niemandslandschap…
Nonza: het mooiste dorpje van Corsica?
Naast de machtig mooie kustlijn, is het dorpje Nonza een van mijn eerste kennismakingen met Cap Corse, het schiereiland in het noorden van Corsica. Kleurrijk, gezellig én direct aan zee gelegen, al moet je daarvoor wel even wat meters naar beneden klimmen. De geel met rode kerk van Nonza maakt mij zonder woorden duidelijk dat dit dorpje wonderschoon is. In Nonza pak ik een terrasje, al is het nog even zoeken naar een plekje in een dorpje van zo’n klein formaat… Misschien wel het mooiste dorpje van Corsica!
De rode rotsen van Calanches de Piana
Aan de westkant van Corsica rijd ik over smalle weggetjes, die alsmaar smaller lijken te worden. Ook het landschap om me heen verandert: de rotsen verkleuren in rode exemplaren. Het is allemachtig mooi. Harder dan 30 kilometer per uur rijden is hier onverantwoord, aangezien ik niet zie wie of wat er achter de bocht tevoorschijn komt. Echt opschieten doet het niet, maar ach, ik geniet wel intens van dit prachtige stukje eiland!
Wijntjes proeven op de wijnroute tussen Bastia en Cap Corse
Wijnroutes? Ik ben er dol op! Dus toen ik hoorde over de wijnroute van Patrimonio, tussen Bastia en Cap Corse, wist ik: die ga ik rijden. En dat doe ik! In totaal produceren er zo’n 33 wijnbouwbedrijven in deze regio, dus wie geen wijndomein kan vinden doet vooral drastisch iets verkeerd. Zelf stop ik onderweg bij Domaine Leccia, een wijndomein waar zowel rode, witte als roséwijnen worden gemaakt. Het domein ligt tussen talloze wijngaarden en in hun indrukwekkende wijnkelders krijg ik een kijkje bij het wijnproces. Lekker én leuk!
Zwemmen in een verscholen rivier bij Zoza
In mijn reisgidsje over Corsica dat ik bij me heb, staat niets over Zoza geschreven. Maar de Fransman bij wie ik een paar nachten logeer in Sainte Lucie de Tallano verzekert me: het water dat je daar vindt is genieten! Ik ben benieuwd en rijd naar Zoza: een piepklein dorpje met vooral wat terrasjes gevuld met locals. Net buiten het dorp parkeer ik mijn auto op een grote parking en vanaf hier loop ik over een onverhard paadje steil naar beneden. En dan ineens doemt het op: de wateren van Zoza. Inderdaad, machtig mooi. Over grote rotsen klauter ik, op zoek naar een mooi plekje voor mijn spullen. En dan zwemmen en zonnen maar. Ja, fijn!
Cultuur snuiven in de voormalige hoofdstad Corte
In het binnenland van Corsica, zo goed als in het midden van het eiland, ligt Corte. Ooit was dit de hoofdstad van het eiland, maar door de moeilijke bereikbaarheid heeft het die status verloren. Dat neemt niet weg dat het wel de allure van een hoofdstad heeft: Corte is prachtig en straalt een bepaalde status uit. Het is misschien wel het leukste stadje dat ik op Corsica bezoek. In het oude centrum slenter ik door de smalle straten, steeds gevuld met volle terrasjes. Én mijn conditie wordt meteen ook even op de proef gesteld: Corte bestaat uit talloze trappen die ik omhoog en omlaag loop. Leuk!